
Op mijn 15de viel ik in een zwart gat. Depressie, angststoornis, depersonalisatie. De zorg kwam in die tijd niet veel verder dan medicatie. Dus mocht ik pillen slikken. School ging niet meer, ik kon mij nergens meer op concentreren. Leren en Stress gaan nu eenmaal niet goed samen.
2 jaar lang leefde ik tussen wal en schip. Toen ik weer naar school moest spijbelde ik veel. Heel veel. Ik bracht dagen zwervend op straat door. Op mijn rapporten stonden lege vakken en vraagtekens. Geen cijfers. Ik herinner me deze dagen als een dromerige waas van aaneengesloten uitzichtloze dagen. Vaak speelde ik in die tijd met het idee om zelfmoord te plegen. Ik heb er akelig dicht tegenaan gezeten ook...
Maar waarom doe je dat dan niet? Omdat ik me realiseerde dat dat gevoel tegen mij zei, "zo wil ik niet verder leven". Het zei niet tegen mij " wat wil ik graag dood".
Maar zo niet verder ... hoe dan wel? Ik wilde niet als zombie door het leven, stuurloos, doelloos, verdrietig, vereenzaamd. Ik wilde leven.
Ik wilde leven. echt leven.
Op mijn 17de vertrok ik naar Fins Lapland. Mijn moeder stond mij huilend uit te zwaaien op de bushalte. Wat ging hij nou weer doen?
Maar je steunde me mam, je voelde heel goed aan dat alles beter zou zijn dan stil blijven staan. Een kans om te leven.
3 jaar lang leefde ik 24/7 met Huskies in de bossen vlak boven de Poolcirkel. Hier werd ik weer verliefd op de wereld, verliefd op het leven, verliefd op deze mooie dieren die mij thuis brachten toen ik verdwaald raakte in een ijzig bos, 80 kilometer ver van de bewoonde wereld. Dit terwijl het makkelijk -26 graden vroor. Hier leerde ik puppies trainen in de zomer. Hoe je een vuur maakt in de ijzige kou. Hoe honden bewegen en waarom. Hoe je teams samenstelt. Hier leidde ik mensen door de wildernis, sliep ik buiten onder de Aurora Borealis, honden tegen me aan in de slee. Hier vond ik de school die mij leerde te leven.
het gevoel niet zo verder te willen is een drang naar verandering.